Dela heeft een boete gekregen van de AFM. De grootste uitvaartverzekeraar van ons land heeft klanten misleid over het Coöperatiespaarplan. Dat is namelijk geen spaarproduct, maar een verzekering. “Hierdoor kunnen consumenten op het verkeerde been zijn gezet over het type product en over de risico’s die ze liepen. Doordat uit de informatie onvoldoende bleek dat het om een verzekering ging, kon de indruk bij consumenten zijn ontstaan dat hun inleg viel onder het depositogarantiestelsel”, schrijft de financiële toezichthouder. Dat scheelt inderdaad: onder het garantiestelsel kun je tot een ton van je inleg terugkrijgen als een bank failliet gaat.
Maar Dela is geen bank en het Coöperatiespaarplan is een spaarverzekering. En voor verzekeringen geldt zo’n stelstel niet. Dus de klant dacht ten onrechte dat hij tot een ton geen risico liep, kun je zeggen. Dela gaat in beroep tegen de boete omdat het risico volgens de club uit Eindhoven zeer klein is en bovendien: “Niemand heeft schade geleden.” Nee, niemand heeft schade geleden. Het geschil gaat louter over communicatie, vindt Dela. Dat klopt. En communicatie is nu juist essentieel.
Ik moet opeens denken aan Rob van S. Eind jaren negentig belde hij bij me aan. Een of andere cowboyclub die woekerpolissen propte, had me overgehaald om eens een gesprek aan te gaan met deze zich als adviseur profilerende verkoper.
Met zijn gladde kop en glimmende schoentjes betrad hij mijn huurflatje. Dat heette toen nog huurflatje in plaats van vierkamerappartement. Leuk, mijn twee katten. Hij had er zelf thuis ook een. Had ik al aan kopen gedacht? Ja, daar had ik wel eens aan gedacht. Maar ik kon nog niet genoeg lenen voor een eigen woning. Gaf niks, dat kwam wel, wist Rob. Hij had net een leuk boerderijtje gekocht. Had ik dan al eens aan prehypotheeksparen gedacht? Hij schudde de term zo uit de mouw van zijn strakke pak. “Kun je toch alvast wat geld sparen voor als je een huis koopt. Dan heb je toch een leuk bedragje om spullen te kopen of te verbouwen.”
Ja, daar zat wat in. En sparen kon geen kwaad. Alleen vermeldde de offerte dat het om een verzekering ging. Iets met beleggen. “Maar dat is eigenlijk hetzelfde hoor. Zelfs beter dan sparen, want met deze leuke mixfondsjes haal je wel 8% rendement.”
Zes jaar later – de torenhoge provisie van Rob van S. was waarschijnlijk al volledig van mijn ‘spaartegoed’ afgehaald – kocht ik de polis af. In de nieuw te betrekken eigen woning kwamen een paar nieuwe stoeltjes en een kledingkast te staan. Samen met de Ikea-laminaatvloer vormden ze de opbrengst van het communicatief sterke prehypotheekspaaradvies van Rob van S. Ik berekende dat een oude sok een betere bestemming was geweest voor mijn geld. Inderdaad: het ging ook toen al louter om communicatie.